Geschiedenis

“Zoals u waarschijnlijk, door de bekendmaking in de pers ter kennis is gekomen, heeft de Diocesane leiding van de Katholieke Actie voor Mannelijke Jeugd beneden 17 jaar, met name Jong Nederland opgericht”.

Zo begint een gestencilde brief, ondertekend met Th. Geelen (directeur van de Katholieke Actie) en gedagtekend: st. Nicolaasdag. Het is 6 december 1944 en het secretariaat van de nieuwe jeugdorganisatie zetelt in de proosdij van Meerssen. Het schrijven is gericht aan de priesters van het op het moment bevrijde gedeelte van het bisdom Roermond. Het was de bedoeling vanuit het zuiden te komen tot een Katholieke Jeugdbeweging voor heel Nederland.

Een tweetal voorlopers gaan samen de nieuwe jeugdbeweging vormen: de Katholieke Actie en de Jonge Wacht spreken af dat de nieuwe jeugdbeweging ‘Jong Nederland’ zal heten. De Katholieke Verkenners tonen grote belangstelling maar besluiten om zelfstandig te blijven. Opvallend in de oprichtingsfase is de aandacht voor het ‘spel’ in het leven van de Jeugdigen. Daarbij zal sport ook een belangrijk onderdeel worden.

Jong Nederland stelt daarbij geen enkele sport of spel centraal, het gaat juist om een scala van verschillende spel en sportmogelijkheden. Direct van begin af aan krijgen plaatselijke afdelingen de vrijheid om zelf accenten te leggen in de variatie van de activiteiten. Iedere afdeling kiest naar gelang de plaatselijke belangstelling en omstandigheden voor een eigen invulling van het activiteiten aanbod van Jong Nederland.

In 1962 is Jong Nederland een zelfstandige stichting. Deze verzelfstandiging doet Jong Nederland goed. In dat jaar tellen we dan 202 afdelingen, 1109 leiders, 323 leidsters en 10.467 leden.

Eind jaren tachtig raakt de landelijke organisatie van Jong Nederland in de problemen. Onder meer doordat de organisatiestructuur niet meer bij de wensen en behoeften van de vrijwilligers paste. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, het was niet meer duidelijk wie wat doen moest. Ook nam de landelijke subsidie af met 25 % en zoekt Jong Nederland een niet-identiteitsgebonden samenwerking met Scouting Nederland. Dit alles was voor Jong Nederland Limburg een reden om uit de landelijke organisatie te treden, waardoor de landelijke organisatie bijna een derde van zijn leden kwijtraakt.

De landelijke organisatie gaat niet bij de pakken neerzitten en zet een reorganisatie in gang. In de nieuwe organisatiestructuur is gekozen voor heldere taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden per orgaan. Het provinciale bestuurlijke niveau verdwijnt. In plaats van een algemeen dagelijks bestuur komt er een landelijk bestuur. Een belangrijk uitgangspunt is dat de afdelingen centraal staan. De afdelingen krijgen in 1994 via de afdelingsraad rechtstreeks invloed op het landelijk beleid. Jong Nederland wordt opnieuw een vrijwilligersorganisatie met een sterk afgeslankt Landelijk Bureau in Leusden en een Infocentrum in Oosterhout. Jong Nederland blijft doen waar de organisatie sterk in is: het organiseren van activiteiten voor de jeugd.

In 2004 wordt bekend dat de regering fors gaat bezuinigen op subsidies voor landelijke organisaties. Door middel van een afbouwregeling wordt de basissubsidie teruggebracht naar nul. Opnieuw reden om te reorganiseren. Het Infocentrum gaat samen met het Landelijk Bureau, wat verhuist naar Tilburg.

2020: Inmiddels bestaat Jong Nederland 75 jaar!

In de loop van de jaren hebben nog een aantal afdelingen om verschillende reden moeten beslissen te stoppen. Gelukkig zijn er ook een paar nieuwe afdelingen. Het Landelijk Bestuur werkt samen met het Landelijk Bureau hard aan het behoud en groei van de Stichting Jong Nederland, zodat wij de lokale clubs kunnen blijven ondersteunen.

In 1965 heeft Jan van de Burgt een scriptie geschreven over Jong Nederland. Het geeft een beeld van Jong Nederland in de jaren ’60.

In 1981 werd een boekje uitgebracht over het ontstaan en groei van Jong Nederland.

Downloads